Bij werkgeverschap is sprake van een dienstbetrekking. Dat wil zeggen dat de ene partij (werknemer) zich verplicht om in dienst van een andere partij (werkgever) tegen loon gedurende een zekere tijd werkzaamheden te verrichten. Hiertoe wordt een arbeidsovereenkomst aangegaan.

Criteria voor dienstbetrekking

Een dienstbetrekking voldoet altijd aan de drie onderstaande criteria:

  • arbeid (die persoonlijk moet worden verricht);
  • loon (in geld of natura);
  • gezag (er is een gezagsverhouding tussen de werkgever en de werknemer).

Als er niet aan één of meer van de bovenstaande drie criteria wordt voldaan, dan is geen sprake van werkgeverschap. Dit is bijvoorbeeld zo bij vrijwilligerswerk. Vrijwilligers verrichten wel arbeid en er is ook een gezagsverhouding, maar vrijwilligers ontvangen geen loon.

Gezagsverhouding

Dat er een gezagsverhouding is, betekent dat de vereniging (in feite het bestuur of een commissie) als werkgever het recht heeft om opdrachten en aanwijzingen te geven over het werk dat moet worden gedaan. De werknemer heeft zich aan deze opdrachten te houden.

Dit houdt niet in dat de werknemer daadwerkelijk de hele tijd opdrachten en aanwijzingen krijgt over de werkzaamheden. Het bestuur vertelt een coach bijvoorbeeld niet hoe hij/zij het beste een training moet houden. Hoewel het misschien niet zo lijkt, is er in zo’n geval wel degelijk sprake van een gezagsverhouding. Bepalend is namelijk de feitelijke verhouding tussen het verenigingsbestuur en de werknemer.