Hoofdstuk 10.3 Arbeidsovereenkomst
In een arbeidsovereenkomst, ook wel arbeidscontract genoemd, staan de afspraken over arbeidsvoorwaarden die de werkgever en werknemer gemaakt hebben.
Schriftelijke overeenkomst
In principe is een overeenkomst (en dus ook een arbeidsovereenkomst) vormvrij en kan deze dus ook mondeling worden gesloten. Aangeraden wordt echter om gemaakte afspraken altijd schriftelijk vast te leggen. Ook heeft een werknemer recht op een schriftelijke overeenkomst.
Bepaalde of onbepaalde tijd
Een arbeidsovereenkomst kan voor bepaalde tijd of voor onbepaalde tijd gelden. Echter, als werkgever mag je maximaal drie keer een tijdelijke arbeidsovereenkomst aanbieden, met tussenpoos van minder dan zes maanden. Wil je daarna dat de werknemer in dienst blijft, dan ben je verplicht hem/haar een contract voor onbepaalde tijd aan te bieden.
Inhoud arbeidsovereenkomst
De werkgever moet, uiterlijk een maand na aanvang van de dienstbetrekking, in ieder geval het volgende schriftelijk verstrekken aan de werknemer (wat er op neer komt dat onderstaande punten minimaal in de arbeidsovereenkomst dienen te staan):
- naam en woonplaats van partijen;
- de plaats of plaatsen waar de arbeid normaal gesproken wordt verricht;
- de functie van de werknemer of de aard van zijn arbeid;
- het tijdstip van indiensttreding (aanvangsdatum arbeidsovereenkomst);
- de duur van de overeenkomst (overeenkomst voor onbepaalde of bepaalde tijd);
- het aantal vakantiedagen per jaar;
- de duur van de opzegtermijn (of een verwijzing naar wettelijke opzegtermijnen);
- het loon en de termijn van uitbetaling (bijvoorbeeld wekelijks of maandelijks);
- de gebruikelijke arbeidsduur per dag of per week;
- of de werknemer deelneemt aan een pensioenregeling;
- of er een CAO van toepassing is;
- of de arbeidsovereenkomst een uitzendovereenkomst is;
- wanneer de werknemer langer dan een maand buiten Nederland werkzaam zal zijn: de duur hiervan, de huisvesting, de toepasselijke sociale wetgeving, de geldsoort waarin het loon wordt betaald, de vergoedingen waar de werknemer recht op heeft en de wijze waarop de terugkeer naar Nederland is geregeld.
Paragrafen
- 10.1 Werkgeverschap
- 10.2 Personeel aannemen
- 10.3 Arbeidsovereenkomst
- 10.4 Collectieve Arbeidsovereenkomst (CAO)
- 10.5 Loonheffingen
- 10.6 Zelfstandigen inhuren
- 10.7 Minimumloon
- 10.8 Ziekte
- 10.9 Vakantie
- 10.10 Pensioen
- 10.11 Arbeidstijdenwet
- 10.12 Arbeidsomstandighedenwet (Arbowet)
- 10.13 Wet arbeid en zorg (WAZO)
- 10.14 Wet arbeidsmarkt in balans (WAB)
- 10.15 Subsidies voor personeel
- 10.16 Transitievergoeding
- 10.17 Werkgeversaansprakelijkheid
- 10.18 Werkkostenregeling (WKR)
- 10.19 Einde arbeidsovereenkomst