Het lidmaatschap van de vereniging kan op verschillende manieren eindigen.

Een sportvereniging kan het lidmaatschap laten eindigen door:

  • Opzegging
  • Ontzetting

Daarnaast kan ieder lid zijn of haar lidmaatschap laten eindigen door:

  • Opzegging 

Einde lidmaatschap door vereniging

Wanneer je als sportvereniging afscheid wil nemen van een lid, kan dit door opzegging of door ontzetting, ook wel royement genoemd. Het onderscheid tussen deze twee manieren komt in de praktijk niet duidelijk tot uiting, maar is wel degelijk van belang voor de vereniging aangezien het twee verschillende procedures zijn. Maak daarom bij beëindiging van het lidmaatschap door de vereniging altijd duidelijk of het om opzegging of om ontzetting gaat.

Opzegging door vereniging

Als in de statuten is vastgelegd dat leden aan bepaalde eisen moeten voldoen, is het handig ook de consequenties op te nemen die gelden als een lid niet aan de gestelde eisen voldoet. Namelijk: opzegging van het lidmaatschap.

Opzegging volgens de statuten

In de wet is bepaald (artikel 2:25 lid 2 BW) dat een vereniging in de statuten mag vastleggen wanneer het lidmaatschap van een lid kan worden opgezegd. Bij een sportvereniging voor alleen de jeugd kan bijvoorbeeld statutair worden vastgelegd dat het lidmaatschap automatisch vervalt op het moment dat een lid 18 jaar is geworden.

Opzegging in andere gevallen

Daarnaast is wettelijk geregeld dat opzegging door de vereniging ook mogelijk is als redelijkerwijs niet meer van de vereniging kan worden gevergd dat het lidmaatschap voortduurt. Hierbij kun je bijvoorbeeld denken aan leden die strafbare feiten hebben gepleegd of zich onheus gedragen hebben tegen andere verenigingsleden.

Wanneer leden voor een onveilige sportomgeving zorgen, kun je dit melden bij het bij het Meldpunt Veilige Sport, meer hierover lees je in hoofdstuk 22 Integriteit. Van misdrijven dien je altijd melding te doen bij de politie.

Ontzetting/Royement

Ontzetting, ook wel royement genoemd, is een strafmaatregel en daarmee een zwaardere maatregel dan opzegging. Royement is alleen mogelijk als een lid de vereniging onredelijk benadeelt en/of handelt in strijd met de verenigingsregels.

In artikel 2:35 lid 3 BW valt te lezen: "Ontzetting kan alleen worden uitgesproken wanneer een lid in strijd met de statuten, reglementen of besluiten der vereniging handelt, of de vereniging op onredelijke wijze benadeelt”.

Het niet betalen van de contributie is een goed voorbeeld van het onredelijk benadelen van de vereniging en dus een goede reden om een lid te royeren.

Een lid dat het niet eens is met de ontzetting, kan hiertegen in beroep gaan.

Het bestuur is bevoegd tot ontzetting van een lid, tenzij de statuten deze bevoegdheid bij een ander orgaan neerleggen (bijvoorbeeld bij de algemene ledenvergadering of raad van commissarissen).

Beroep tegen ontzetting

Het besluit tot ontzetting moet op grond van de wet onder opgaaf van redenen, zo spoedig mogelijk aan het lid bekend gemaakt worden. Vanaf het moment van kennisname heeft het lid één maand om in beroep te komen tegen het besluit.

Dit beroep moet worden ingediend bij de algemene ledenvergadering, tenzij een ander orgaan of commissie daar statutair voor is aangewezen. Tijdens de beroepstermijn is het lid geschorst.

Schorsing

Schorsing is het tijdelijk weren van een lid. Zoals hierboven te lezen valt, is een lid tijdens een royementprocedure automatisch geschorst; de zogenaamde wettelijke schorsing.

In de wet staat niets over het schorsen van leden als disciplinaire maatregel op zich. Sommige verenigingen hebben daarom in de statuten regels over schorsing en schorsingstermijnen opgenomen. Deze statutaire schorsing moet altijd een grondslag in de statuten hebben.

Let op: schorsing van de vereniging is niet hetzelfde als een schorsing tijdens een wedstrijd, bijvoorbeeld bij het begaan van een overtreding. Laatstgenoemde wordt beschreven in het wedstrijdreglement of tuchtreglement.

Opzegging door lid

Een lid van een sportvereniging kan te allen tijde aangeven het lidmaatschap op te willen zeggen. De daadwerkelijke opzegging geschiedt tegen het einde van het boekjaar, tenzij de statuten anders bepalen. Als een opzegging gedurende het boekjaar wordt gedaan, is de contributie dus voor het hele jaar verschuldigd, wederom tenzij statutair anders bepaald.

Eenvoudig opzeggen

De wet (artikel 2:35 lid 6 BW) stelt dat het eenvoudig moet zijn om op te zeggen: “De vereniging draagt er zorg voor dat leden de voor opzegging van het lidmaatschap noodzakelijke informatie eenvoudig kunnen raadplegen. De informatie wordt in ieder geval opvallend vermeld op de hoofdpagina van de website en op bladzijde 1, 2 of 3 van het ledenblad, indien een vereniging gebruik maakt van deze communicatiemiddelen.” Let hier goed op als vereniging!

Overlijden

Indien een lid overlijdt, eindigt hiermee uiteraard automatisch zijn/haar lidmaatschap van de vereniging.