Gebruik van tabakswaar in binnenruimten verboden

Sinds 2008 is roken verboden in vrijwel alle binnenruimtes. Dit staat in de Tabaks- en rookwarenwet, een wet die maatregelen ter beperking van het tabaksgebruik bevat. Dit rookverbod geldt uiteraard ook voor sport- en horeca-gebouwen, of de sportverenigingen nu bij een sportbond aangesloten zijn of niet. Alle plekken die voor gemeenschappelijk gebruik of voor het publiek toegankelijk zijn, moeten rookvrij zijn. Het rookverbod geldt overigens voor binnenruimtes in de gehele accommodatie.

Rookruimtes in openbare gebouwen zijn sinds 1 juli 2021 niet meer toegestaan. Dit betekent dat er geen rookruimtes meer ingericht mogen worden die aan of tegen de sportaccommodatie vastzitten. Rookruimtes moeten vanaf dan een volledig zelfstandige ruimte zijn op het terrein en mogen géén overlast veroorzaken voor bijvoorbeeld de ingang van de sportaccommodatie. Daarnaast geldt dat de ruimte geen dubbelfunctie mag hebben zoals een parkeerplaats of een fietsenhok.

Wel kan de eigenaar of beheerder van een sportaccommodatie ervoor kiezen roken in de buitenlucht toe te staan. Dat wil zeggen dat op het sportterrein in de open lucht, dus op een buitentribune of terras, gerookt mag worden zolang dit geen overlast geeft. Deze gedachte past echter niet bij de afspraak die de sport heeft gemaakt om geheel rookvrij te worden inclusief alle buitenterreinen (uiterlijk in 2025).

Gebruik van e-sigaretten in binnenruimten verboden

Sinds juli 2020 vallen ook e-sigaretten onder het rookverbod. Dit betekent dat het roken van elektrische sigaretten (met of zonder nicotine-ampul) ook automatisch verboden is in binnenruimtes zoals een sportzaal, de kantine van een sportclub of een fietsenhok. Ook een met tabak gevulde waterpijp valt onder het rookverbod.