Olympische Spelen van Atlanta 1996

Plaats: Atlanta, Savanah (Verenigde Staten)
Opening: 19 juli 1996
Sluiting: 4 augustus 1996
Opening verricht door: Bill Clinton, president van de VS
Deelnemende landen: 197
Deelnemers: 10.328, van wie 3.511 vrouwen

Nederlandse deelnemers: 239, van wie 102 vrouwen
Nederlandse medailles: 19 (4-5-10)
Plaats in landenklassement: 15
Nederlandse chef de mission: André Bolhuis
Nederlandse vlaggendrager opening: Nico Rienks
Nederlandse vlaggendrager sluiting: Peter Blangé

Terug naar toen: de Olympische Spelen van Atlanta 1996

Terug naar toen: de Olympische Spelen van Atlanta 1996

lees meer

De Spelen vierden hun honderdjarig bestaan. Niet in Athene waar het in 1896 was begonnen, maar in de hoofdstad van de Coca-Cola Company, Atlanta. De wegen van de IOC-kardinalen bleven onnavolgbaar. Het eeuwfeest van de Spelen had volgens velen eigenlijk in Griekenland gevierd moeten worden. De Grieken waren er uiteraard zelf van overtuigd dat de Spelen moesten terugkeren naar de stad waar de grondslag was gelegd. Maar het werd opnieuw de VS, dat nu voor de vierde keer met de eer ging strijken.

Het olympisch programma werd opnieuw uitgebreid, met beachvolleybal, mountainbike, softbal en vrouwenvoetbal. Het bevatte nu 26 takken van sport, waarvoor 1838 medailles beschikbaar waren.

Bomincident
Tijdens de openingsceremonie in Atlanta liep de complete wereldkaart het stadion binnen: voor het eerst in de historie waren alle lidstaten van het IOC, 197 stuks dit keer, ook daadwerkelijk op de Spelen aanwezig. Het aantal deelnemers steeg naar 10.328. Het vuur werd in Atlanta ontstoken door de fameuze Muhammad Ali. Een beeld dat zeer gemengde gevoelens opriep. De man die eens kracht en vitaliteit uitstraalde, was intussen zwaar getekend door de ziekte van Parkinson.

Heel even leek in Atlanta het drama van München zich te herhalen. Op 27 juli, om half twee 's nachts, ontplofte in het Centennial Olympic Park, midden in de stad, een bom. Er kwamen twee personen bij om het leven, 111 mensen raakten gewond.

De veiligheidsmaatregelen in Atlanta waren zeer scherp, overal was politie, maar juist het park had men daarvan uitgezonderd om het als een vrije ontmoetingsplaats voor iedereen dienst te laten doen. In Atlanta gingen de vlaggen een dag halfstok. Maar IOC-voorzitter Samaranch herhaalde de woorden die zijn collega Avery Brundage een kleine kwart eeuw daarvoor had gesproken: 'The Games must go on'.

Afgezien van het bomincident, wat nu eenmaal kan gebeuren, leverde Atlanta geen voorbeeldige Spelen af. Zo liep het vervoerssysteem bijvoorbeeld herhaaldelijk in het honderd.

De hoogtepunten? Atletiek, atletiek en...
Het atletiektoernooi bevatte een aantal opmerkelijk dubbele winnaars. Allereerst was daar het Amerikaanse fenomeen Michael Johnson die de 200 m overbrugde in de fantastische wereldrecordtijd van 19.32 sec. en tevens de 400 m won in 'slechts' een olympisch record: 43.49 sec.

Datzelfde deed de lange, soepele Francaise Marie-José Perec bij de vrouwen. De Russische Svetlana Masterkova nam de 800 en 1500 m voor haar rekening. Die dubbel ontging de Ethiopiër Haile Gebrselassi op de lange afstanden. Hij won nog wel de 10.000 m, maar liep de laatste paar ronden met bloed in zijn schoenen en moest vanwege de vele blaren afzien van de 5000 m.

De Amerikaanse Gail Devers prolongeerde haar titel op de 100 m, maar daar was wederom een finishfoto voor nodig. Tot in de honderdste van een seconde eindigde Merlene Ottey (Jamaica) gelijk met haar. Na uitvoerige bestudering van de finishfoto gaf de jury de zege aan de Amerikaanse. Ook op de 200 m eindigde Ottey als tweede, een positie die zij jarenlang bij olympische en wereldkampioenschappen innam.

De Brit Linford Christie verdedigde net als Gail Devers zijn titel op de 100 m die hij in Barcelona had behaald. Maar van verdedigen kwam niet veel. In de finale maakte hij twee valse starts en kon terug de kleedkamer in. De Canadees Donovan Bailey won in 9.84, een wereldrecord want de 9.79 die zijn landgenoot Ben Johnson in Seoul liep was uit de boeken geschrapt. Carl Lewis beëindigde zijn olympische carrière in stijl door voor de vierde keer op rij het verspringen te winnen. Alleen zijn landgenoot Al Oerter had tussen 1956 en 1968 hetzelfde gepresteerd bij het discuswerpen.

Goede oogst voor Oranje
Bij het zwemmen was de Rus Popov evenals vier jaar geleden op de sprint niet te kloppen, maar verrassend was dat voor het eerst in de olympische historie een Nederlander op de korte afstanden een rol van betekenis speelde. Pieter van den Hoogenband werd zowel op de 100 als 200 m vierde. Bij de dames zwom de Ierse Michelle Smith, echtgenote van de Nederlandse discuswerper Erik de Bruin, naar drie titels: 400 m vrije slag, 200 en 400 m wisselslag.

De Turkse held Suleymonoglü, Hercules-in-zakformaat, werd tot immense vreugde van zijn land voor de derde keer olympisch kampioen gewichtheffen en de Rus Alexander Karelin deed hetzelfde bij het zwaargewicht-worstelen. Karelin was al sinds 1987 ongeslagen. Zijn tegenstander in de finale zei na afloop van het gevecht: 'Het is alsof je tegen King Kong staat'.

Een andere langdurig aan de top staande sportman was de Britse roeier Steven Redgrave. Voor de vierde keer ging hij met goud aan de haal, met landgenoot Pinsent in de twee zonder stuurman.

Het kroonjuweel bij het roeien, de acht met stuurman, werd een prooi van Nederland. De door de ervaren Nico Rienks voorgeslagen Oranje-ploeg was het hele seizoen al in topvorm geweest en bewees op het beslissende moment ook te kunnen toeslaan. Met een bliksemstart probeerde de Duitse acht de Nederlanders uit hun evenwicht te brengen, maar halverwege de race opende Rienks c.s. onweerstaanbaar de aanval op hun rivalen en klopten hen met bijna een lengte.

Ook de prestigieuze gouden medaille bij het volleybal ging naar Nederland. Na een zenuwslopende finale (17-15 in de vijfde set) werd Italië naar het zilver verwezen. Voor verdere goudoogst zorgden het Nederlandse herenhockeyteam dat in de eindstrijd tegen Spanje een 1-0 achterstand omzette in een 3-1 overwinning en de wielrenner Bart Brentjes op de mountainbike. Hij reed vrijwel de gehele wedstrijd aan kop en arriveerde met grote voorsprong aan de streep, als de eerste Olympisch kampioen in deze discipline.

De wereld van 1996
Ook de wereld van 1996 werd niet meer gekenmerkt door de concurrentiestrijd tussen de grote machtsblokken. Het ontbrak echter niet aan schermutselingen tussen verschillende landen.

Dit was het geval in het Midden-Oosten, terwijl ook de relatie India-Pakistan onder druk stond. Vervolgens was er de controverse tussen de Volksrepubliek China en Taiwan. Veel landen werden geteisterd door burgeroorlogen, onder meer in Afrika.

Medailleoverzicht

Goud Zilver Brons
1. Verenigde Staten 44 32 25
2. Duitsland 20 18 27
3. Russische Federatie 26 21 16
4. China 16 22 12
5. Australië 9 9 2

15. Nederland 4 5 10

Nederlandse erelijst

Goud (4) 
Hockey: mannenteam, zie: Floris Jan Bovelander, Stephan Veen, Jacques Brinkman en Teun de Nooijer
Roeien: Holland Acht, zie ook: Nico Rienks en Diederik Simon
Volleybal: mannenteam, zie ook: Peter Blangé, Ron Zwerver en Richard Schuil
Wielrennen: Bart Brentjens (mountainbiken)

Zilver (5)
Paardensport: team (dressuur)
Paardensport: Anky van Grunsven (dressuur)
Roeien: Pepijn Aardewijn/Maarten van der Linden (dubbeltwee)
Wielrennen: Ingrid Haringa (puntenkoers)
Zeilen: Margriet Matthijsse (Europe-klasse)

Brons (10)
Hockey: vrouwenteam
Judo: Jenny Gal (tot 61 kilo)
Judo: Mark Huizinga (tot 86 kilo)
Judo: Claudia Zwiers (tot 66 kilo)
Paardensport: Sven Rothenberger (dressuur)
Roeien: Eeke van Nes/Irene Eijs (lichte dubbeltwee)
Wielrennen: Ingrid Haringa (1000m sprint)
Zeilen: Roy Heiner (Finn-klasse) 
Zwemmen: Kirsten Vlieghuis (400m vrije slag)
Zwemmen: Kirsten Vlieghuis (800m vrije slag) 

Gerelateerde verhalen:
Judo: Angelique Seriese: goud in een demonstratiesport
Tennis: Teleurstelling bij Haarhuis en Eltingh
Tafeltennis: Bettine Vriesekoop: tafeltennisster van de eeuw
Volleybal: Vrouwen eindigen als vijfde