Veelgestelde vragen over het topsportstatuut

    • Ja, vanaf 1 januari 2024 is het verplicht om als topsportbond een topsportstatuut te hebben.

    • Het bestuur van de bond kan het topsportstatuut zelf vaststellen. Wel wordt aangeraden de algemene ledenvergadering c.q. bondsraad te informeren. Houd er daarom rekening mee dat het topsportstatuut tijdig vastgesteld wordt, zodat de topsportbond vanaf 1 januari 2024 daadwerkelijk een topsportstatuut heeft.

    • Wij adviseren om een bestaand topsportstatuut naast ons model topsportstatuut te leggen om te checken of het bestaande topsportstatuut minimaal de onderwerpen van het model topsportstatuut bevat. Het is daarnaast belangrijk om jaarlijks het topsportstatuut door te lopen en daar waar nodig te actualiseren.

    • Dit is afhankelijk van wat de bond zelf bepaald heeft. In veel gevallen is het vaststellen door het hoogste orgaan binnen de bond voldoende.

    • Het hebben van een topsportstatuut en een gedragen atletenvertegenwoordiging is verplicht vanaf 1 januari 2024. Deze eisen zijn een vast onderdeel van het bestedingsplan. Sportbonden moeten hieraan voldoen om aanspraak te kunnen maken op de jaarlijkse verdeling van de NLO-middelen.

    • De Minimale Kwaliteitseisen worden getoetst op basis van een zelfscan door sportbonden via de portal Verdelen Middelen. De sportbond dient te voldoen aan deze eisen en de vragen in de zelfscan naar waarheid te beantwoorden. De sportbond dient de antwoorden voldoende te kunnen onderbouwen met documentatie. NOC*NSF heeft de mogelijkheid om onderzoek in te stellen naar de feitelijke stand van zaken bij de sportbond.

    • De volgende vragen komen in de zelfscan aan de orde:

      • Beschikt uw sportbond over een gedragen atletenvertegenwoordiging?
      • Beschikt uw sportbond over een topsportstatuut dat de verantwoordelijkheden en de bevoegdheden van uw topsportprogramma en de atletenvertegenwoordiging vastlegt?
      • Heeft de atletenvertegenwoordiging een (on)gevraagd adviesrecht op besluiten en beleid dat van invloed is op de belangen, rechten of plichten van topsporters, en is in het topsportstatuut of op een andere wijze vastgelegd voor welke onderwerpen dit geldt?
      • Vindt er jaarlijks een evaluatie van de samenwerking tussen bond en atletenvertegenwoordiging plaats?
    • Het is belangrijk dat de samenwerkingsafspraken tussen bond en atletenvertegenwoordiging vastgelegd worden, zodat beiden weten wat van elkaar verwacht mag worden. Dat gaat niet alleen over rollen, taken en verantwoordelijkheden maar ook over het budget dat de atletenvertegenwoordiging van de bond krijgt om haar taken uit te voeren en over de faciliteiten van de bond die atletenvertegenwoordiging daarvoor kan gebruiken. Het gaat er om dat in gezamenlijkheid tot afspraken gekomen worden zodat je verwachtingen managet en elkaar ook kan aanspreken op gemaakt afspraken.

    • Uiteindelijk is er voor het bestuur of voor de algemeen directeur één persoon verantwoordelijk voor het topsportprogramma. In veel gevallen is dat de TD. Als dit bij jullie anders geregeld is, moet je dat aangeven in het statuut, maar normaliter is er dus één persoon eindverantwoordelijk en kan het zijn dat er in de uitvoering taken gedelegeerd worden naar een tweede persoon.

    • Een vertrouwenscontactpersoon (VCP) kan geen vertrouwenspersoon (VP) zijn. Een VP adviseert mensen 1 op 1 en vertrouwelijk. Een VCP kan deze vertrouwelijkheid niet bieden en heeft (vaak) een coördinerende rol bij de afhandeling van meldingen, met een informatielijn richting bestuur/directie. Een VCP kan dus geen VP zijn, die rollen bijten elkaar. Advies aan bonden is een integriteitsmanager en daarnaast vertrouwenspersonen aan te stellen. Een VCP op bondsniveau is dan niet meer nodig. Zie p.4-6 in de handreiking voor meer informatie.

    • Het is niet verplicht om over integriteitsbeleid te rapporteren aan de ledenraad/bondsraad. Het is wel wenselijk en draagt bij aan transparantie, draagvlak en veiligheid. Het is wel verplicht om jaarlijks te rapporteren aan de Ondernemingsraad, als die er is. Aanbeveling is om te rapporteren aan medewerkers (OR), leden (ledenraad/bondsraad), atleten (atletenvertegenwoordiging) en buitenwereld (jaarverslag). Zie p.21 in de handreiking voor meer informatie.

    • Een veilig en verantwoord topsportklimaat is voor iedereen belangrijk. Voor topsporters, technische staf en begeleidingsstaf. Daarom is het van belang dat een bond een integriteitsplan heeft waarin is vastgelegd hoe dat veilig en verantwoord topsportklimaat gerealiseerd wordt. Er is een handreiking plan van aanpak integriteit opgesteld.

    • Het is een mogelijkheid om ook voormalig topsporters zitting te laten nemen in een atletenvertegenwoordiging. Voordeel kan zijn dat deze persoon zonder eigen belang van iets meer afstand naar zaken kan kijken. Het is geen verplichting.

    • In artikel 2 van het voorbeeld topsportstatuut staat wie in aanmerking komt als lid van de atletenvertegenwoordiging. Daar is ook aan toegevoegd ‘sporters die tot vier kalenderjaren voorafgaand aan het moment van beschikbaarstelling voor de atletenvertegenwoordiging zo geregistreerd zijn geweest bij de bond’. Voor maximaal twee leden mag je hierop een uitzondering maken. Bijvoorbeeld omdat je een voormalig sporter wil vragen die langer geleden gestopt is of omdat je een onafhankelijk lid wilt toevoegen. Dat is geen verplichting, maar die mogelijkheid heb je dus wel.

Veelgestelde vragen over de atletenvertegenwoordiging

    • Ja, vanaf 1 januari 2024 is het verplicht om als topsportbond een atletenvertegenwoordiging te hebben.

    • Een atletenvertegenwoordiging die gedragen wordt door de topsporters en die door de bond als volwaardig gezien en behandeld wordt.

    • Dit zou een gezamenlijk initiatief moeten zijn van sportbond en topsporters. Zie je als bond of sporter dat de andere partij hiermee worstelt, help dan om zo samen tot een gedragen atletenvertegenwoordiging te komen.

    • Ja, vanaf 1 januari 2024 is het verplicht om als bond een gedragen atletenvertegenwoordiging te hebben. In dit digitale magazine lees je hoe je dit goed kan aanpakken.

    • Het hebben van een topsportstatuut en een gedragen atletenvertegenwoordiging is verplicht vanaf 1 januari 2024. Deze eisen zijn een vast onderdeel van het bestedingsplan. Sportbonden moeten hieraan voldoen om aanspraak te kunnen maken op de jaarlijkse verdeling van de NLO-middelen.

    • De Minimale Kwaliteitseisen worden getoetst op basis van een zelfscan door sportbonden via de portal Verdelen Middelen. De sportbond dient te voldoen aan deze eisen en de vragen in de zelfscan naar waarheid te beantwoorden. De sportbond dient de antwoorden voldoende te kunnen onderbouwen met documentatie. NOC*NSF heeft de mogelijkheid om onderzoek in te stellen naar de feitelijke stand van zaken bij de sportbond.

    • De volgende vragen komen in de zelfscan aan de orde:

      • Beschikt uw sportbond over een gedragen atletenvertegenwoordiging?
      • Beschikt uw sportbond over een topsportstatuut dat de verantwoordelijkheden en de bevoegdheden van uw topsportprogramma en de atletenvertegenwoordiging vastlegt?
      • Heeft de atletenvertegenwoordiging een (on)gevraagd adviesrecht op besluiten en beleid dat van invloed is op de belangen, rechten of plichten van topsporters, en is in het topsportstatuut of op een andere wijze vastgelegd voor welke onderwerpen dit geldt?
      • Vindt er jaarlijks een evaluatie van de samenwerking tussen bond en atletenvertegenwoordiging plaats?
    • De minimaal 3 en maximaal 9 leden is de ideale omvang. Heel veel kleiner is lastig qua verdeling taken en qua gebrek aan sparren. Heel veel groter maakt het niet per definitie overzichtelijker. Wil je over jouw specifieke situatie sparren? Neem dan gerust contact op met NL Sporter (info@nlsporter.nl). Zij denken graag met je mee.

    • In artikel 2 van het voorbeeld topsportstatuut staat wie in aanmerking komt als lid van de atletenvertegenwoordiging. Daar is ook aan toegevoegd ‘sporters die tot vier kalenderjaren voorafgaand aan het moment van beschikbaarstelling voor de atletenvertegenwoordiging zo geregistreerd zijn geweest bij de bond’. Voor maximaal twee leden mag je hierop een uitzondering maken. Bijvoorbeeld omdat je een voormalig sporter wil vragen die langer geleden gestopt is of omdat je een onafhankelijk lid wilt toevoegen. Dat is geen verplichting, maar die mogelijkheid heb je dus wel.

    • De keuze welke positie je de atletenvertegenwoordiging geeft binnen de bond is iets wat aan de bond is. Het is hoe dan ook óf een zelfstandig adviesorgaan binnen de bond dat door het bestuur van de bond is ingesteld óf een zelfstandig rechtspersoon buiten de bond. Dit laatste is niet heel gebruikelijk. De bond kan er voor kiezen de sporters (middels de atletenvertegenwoordiging) in het bestuur een stem te geven of binnen de algemene ledenvergadering. Dit is aan de bond en zal dan ook binnen de bond bepaald moeten worden.

    • Dit is aan de bond, maar we hebben in de voorbeelddocumenten in het digitaal magazine een hele lijst met onderwerpen gezet (samenwerkingsovereenkomst tussen bond en atletenvertegenwoordiging, artikel 8). Wij raden aan dat bonden, samen met de atletenvertegenwoordiging, door deze lijst gaan en bekijken waar de atletenvertegenwoordiging adviesrecht op heeft.

    • Bonden kunnen, indien zij vragen hebben, terecht bij NOC*NSF, NL Sporter en de NOC*NSF Atletencommissie. In het digitaal magazine staan op pagina 6 de contactgegevens. Indien een atletenvertegenwoordiging vragen heeft over de samenwerking met de bond, staan NL Sporter en de NOC*NSF Atletencommissie voor hen klaar.

    • Idealiter zijn alle disciplines van een bond binnen één atletenvertegenwoordiging opgenomen. Dit maakt het voor de bond een stuk overzichtelijker, dan wanneer zij met verschillende atletenvertegenwoordigingen om tafel moet. Afhankelijk van het aantal disciplines en de omvang van het aantal sporters per discipline kan je een verdeling maken. Stel je hebt zes disciplines, waarvan 3 grote disciplines. Dan kan je overwegen om van de grote disciplines 2 sporters in de atletenvertegenwoordiging op te nemen en van de kleinere 1. Maar ook dit is aan de bond.

    • Afspraken met de atletenvertegenwoordiging leg je vast in de samenwerkingsovereenkomst tussen bond en atletenvertegenwoordiging. Een voorbeeld is opgenomen in het digitaal magazine. Belangrijk is wel dat zowel het topsportstatuut als de samenwerkingsovereenkomst niet in strijd zijn met de statuten van de bond. Dit ook om een eventuele statutenwijziging te voorkomen. Zorg er dus voor dat alles complementair is aan elkaar.

    • Het gaat er niet om hoeveel ervaring je hebt. Het gaat om de juiste mindset. Vind je dat topsporters invloed moeten hebben op hoe jouw sport zich ontwikkelt, weet je wat er onder de sporters leeft, wil je helpen om jouw sport naar een hoger niveau te tillen en wil je jezelf ook persoonlijk ontwikkelen? Dan is het zeker wat voor jou!

      Ja, het kost tijd, maar het levert ook veel op. Voor jouw sport, voor jouw collega-topsporters, maar ook voor jou persoonlijk. Je bouwt kennis en vaardigheden op die zowel tijdens als na jouw topsportcarrière relevant zijn. Denk aan inzicht in gespreks- en onderhandelingstechnieken, effectief samenwerken, inzicht in (bestuurlijke) topsportprocessen en je creëert een netwerk buiten je beroep als topsporter.

    • Wanneer jullie een sessie hebben met jullie achterban of een mail naar hen sturen, vraag hen dan ook op welke wijze jullie hen het beste kunnen benaderen. Denk hierbij aan opties als een nieuwsbrief per mail, een gesloten Facebookpagina, een whatsappgroep of andere social media. Zorg dat je een platform creëert waar je ook bijvoorbeeld polls kan uitzetten en waar alleen topsporters toegang tot hebben. Als je van jouw achterban feedback of input wilt krijgen, zorg dat zij voldoende tijd hebben om te reageren.

    • Stel allereerst jaarlijks een begroting op. Denk daarbij aan kosten als reiskosten, vergaderkosten, kosten communicatie (website of social media), opleidingskosten, kosten bijeenkomsten met achterban, kosten inhuur deskundigen (bijvoorbeeld juridisch) en overige kosten. Weet je wat je nodig hebt, bespreek dit dan met de bond en kijk op welke wijze de bond kan ondersteunen. Is die ondersteuning niet voldoende? Denk dan aan andere creatieve manieren om de kosten te drukken (bijvoorbeeld vergaderen op een bondsbureau i.p.v. een betaalde locatie) of om andere bronnen van inkomsten te vinden.

    • De werkzaamheden vanuit de atletenvertegenwoordiging zijn vrijwillig maar niet vrijblijvend. Het is belangrijk dat je, voordat je toetreedt tot de atletenvertegenwoordiging, weet wat er van jou verwacht wordt. Met de juiste verwachtingen kan je een keuze maken of dit bij jou past. Creëer samen een sfeer waarin je elkaar op ieder moment kunt aanspreken op elkaars functioneren. Niet alleen als dingen goed gaan, maar ook als het minder goed gaat. Benoem dan wat er concreet verbeterd kan worden en wie wat daarbij moet doen. Komen jullie niet verder? Dan kan het helpen een persoon die niet in de atletenvertegenwoordiging zit, te vragen om één of twee vergaderingen aan te haken en hem/haar te vragen de atletenvertegenwoordiging te begeleiden naar een betere samenwerking.

    • In de samenwerkingsovereenkomst die jullie hebben opgesteld, hebben jullie afspraken gemaakt met de bond met als doel om een echte samenwerking aan te gaan. Hebben jullie het idee dat jullie door de bond niet als volwaardig gezien en behandeld worden, ga dan hierover met de bond in gesprek. Lukt het voor jullie gevoel dan nog steeds niet om die positie ook echt te krijgen? Neem dan contact op met NL Sporter en/of de NOC*NSF Atletencommissie. Zij helpen jullie graag verder.

    • In de samenwerkingsovereenkomst hebben jullie met de bond vastgelegd op welke onderwerpen jullie advies mogen geven. Als de bond jullie advies niet overneemt, moeten zij met jullie in gesprek om aan te geven waarom niet, maar kunnen ze een afwijkend besluit wel nemen.

      Gebeurt het voor jullie gevoel te vaak dat jullie advies niet overgenomen wordt, ga dan met de bond in gesprek om te achterhalen hoe dat komt. Hebben jullie hierbij hulp nodig, leg dan contact met NL Sporter voor een bemiddelende rol.