Werken als expert veronderstelt een stevig fundament in termen van opleiding, kennis, ervaring en beroep specifieke voorwaarden en richtlijnen. Werken als expert in een topsportomgeving vraagt daarnaast om een aantal onderscheidende kwaliteitseisen en competenties die dag in dag uit in zowel houding als gedrag van de individuele professional terug zijn te zien.

Dit laatste heeft alles te maken met het unieke en vaak ook complexe krachtenveld waarin de expert zijn of haar bijdrage levert: de expert stuurt en steunt, denkt onafhankelijk en stemt af op de vraag en behoefte van de ander, staat stevig in de schoenen en is ontvankelijk voor kritische feedback, heeft impact in zijn of haar optreden en kent zijn of haar  - ondersteunend aan de prestatie - positie in een interdisciplinair programma. Werken in de topsport betekent hoe dan ook kunnen presteren onder (grote) druk en – naast bijdragen aan de prestatie en ontwikkeling van de sporter – duurzaam investeren in de eigen professionele en persoonlijke groei.

Kwaliteitseisen (para)medische experts

  • Een BIG registratie en een aantoonbare herregistratie
  • Een VOG met een geldigheidsduur van maximaal 4 jaar na afgifte. Bij werkzaamheden voor jeugd(evenementen), waarvoor NOC*NSF de uitzending organiseert, is de geldigheidsduur maximaal 2 jaar na afgifte 

Voor masseurs gelden de volgende eisen:  

  • Een NGS licentie
  • Een VOG met een geldigheidsduur van maximaal 3 jaar na afgifte. Bij werkzaamheden voor jeugd(evenementen), waarvoor NOC*NSF de uitzending organiseert, is de geldigheidsduur maximaal 2 jaar na afgifte 

Aanvullend:  

  • Deelname aan het TeamNL onboardingsprogramma bij aanvang van een opdracht voor TeamNL, met als onderdeel het volgen van de e-learning ‘doping, matchfixing en grensoverschrijdend gedrag’. Deze wordt op gezette tijden herhaald
  • Deelname aan de TeamNL academie  voor kennisontwikkeling, intervisie en inspiratie
  • Medewerking verlenen aan een jaarlijks evaluatiemoment, gedurende de werkzaamheden bij TeamNL
  • Rapporteren en administreren in het Atleet Management Systeem Teamworks 

Bij de aanstelling van artsen en fysiotherapeuten is het uitgangspunt dat zij minimaal acht uur per week in dienst zijn van of werkzaam zijn binnen een (medische) instelling, t.b.v. hun kennisontwikkeling en netwerk. Voor fysiotherapeuten geldt dat er sprake dient te zijn van voldoende ervaring in de (top)sport, bijvoorbeeld in een opleidingsprogramma, alvorens aan de slag te gaan binnen een topsportprogramma.

Competenties

In totaal geven acht competenties dan richting aan de persoonlijke kwaliteitseisen die aan experts worden gesteld en waarmee in de programma’s het verschil wordt gemaakt. Hierbij geldt dat van iedere expert wordt verwacht dat hij of zij, naast aandacht voor en investeren in inhoudelijke ontwikkeling, blijvend investeert in het onderhouden en verder versterken van deze competenties. De TeamNL Academie vervult hierin een ondersteunende en stimulerende rol, naast ander en aanvullend scholings-, trainings-, leer- en ontwikkelaanbod. 

  1. Lerende oriëntatie: investeert in persoonlijke en professionele ontwikkeling
    De drive en attitude om jezelf proactief en blijvend te ontwikkelen, een open en initiërende houding ten aanzien van feedback, een open en initiërende houding ten aanzien van nieuw beschikbare kennis, methoden, concepten en toepassingen, een grondhouding waaruit de wens om persoonlijk en professioneel verder te komen prevaleert ten opzichte van de angst om te verliezen wat er al is.

  2. Zelfreflectief (reflectie op het eigen handelen)/zelfkennis: kent zichzelf
    Kent zichzelf, is zich bewust van eigen kwaliteiten en ontwikkelpunten/valkuilen/tekortkomingen, heeft zicht op effect en effectiviteit van de eigen opstelling, benadering en aanpak op anderen, is zich bewust van de invloed van eigen (belemmerende) overtuigingen, patronen, voorkeuren en behoeftes op zijn of haar handelen.

  3. Zelfsturend: eigenaarschap tonen en verantwoordelijkheid nemen voor de eigen bijdrage
    Omschrijving: eigenaarschap tonen en verantwoordelijkheid nemen voor de eigen bijdrage, bij tegenslag en teleurstelling primair de eigen rol en bijdrage daarin kritisch evalueren, daarin ook een kwetsbare opstelling ten opzichte van de omgeving aannemen.

  4. Ambitieus: daagt zichzelf uit, stelt ambitieuze doelen
    Is uit op onderscheidend bijdragen en presteren, legt de lat daarbij hoog voor zichzelf en vervult hiermee een (positief) stimulerende voorbeeldrol naar anderen, is initiërend, energiek en enthousiast in zijn of haar opstelling en benadering. 

  5. Interdisciplinair (samen)werken:
    Effectief integreren van de kennis, ideeën, behoeften en belangen van anderen in zijn of haar eigen besluiten en aanpak, over de grenzen van de eigen expertise, verantwoordelijkheid en bijdrage heen kijken, bewustzijn van en actief sturen op de samenhang in en effectiviteit van ieders individuele bijdrage, bewustzijn van de eigen positie ten opzichte van en de onderlinge verhouding met de ander, bespreekbaar maken wat in de onderstroom leeft en speelt, geloven in en handelen naar het uitgangspunt dat het geheel meer is dan de som der delen, werkt vanuit gezond vertrouwen in zichzelf én de ander. 

  6. Overtuigingskracht: (beïnvloeden/persoonlijk optreden):
    Weet de eigen standpunten, ideeën en adviezen op heldere wijze over te brengen/uit te dragen (presenteren en uitdrukkingsvaardigheid), sluit in taal, benadering en opstelling aan bij niveau, behoefte en belang van zijn of haar gesprekspartner(s) (afstemmen), wekt vertrouwen op basis van wie hij of zij is én wat hij of zij weet (vertrouwen creëren), is in staat anderen mee te krijgen in wat hij of zij voor ogen heeft en de wijze waarop daar naartoe wordt gewerkt (overtuigingskracht).

  7. Omgevingsbewustzijn:
    De blik ‘naar buiten’ en naar de toekomst hebben, naast aandacht voor presteren in het hier en nu ook actief investeren in groei en ontwikkeling (van de atleet, het team/de staf, de organisatie, de sport en/of het vakgebied) op de lange(re) termijn, oog hebben voor ontwikkeling in en verandering van de omgeving en implicaties hiervan voor de eigen rol en verantwoordelijkheid, daarin (ook) een initiërende en regisserende rol vervullen (niet afwachten en reageren, maar entameren en agenderen). Trefwoorden: nieuwsgierigheid, creativiteit, lenigheid (in denken en handelen), flexibiliteit, exploratieve attitude.

  8. Innovatiekracht: verder brengen van het vak
    Professioneel leiderschap, zoekt vanuit zijn of haar unieke en specialistische vakmanschap voortdurend naar nieuwe kennis voor en toepassingen binnen de programma’s, vervult daarin een zichtbaar initiërende rol, draagt onmiskenbaar bij aan het (mogelijk maken van) verkennen en verleggen van topsportprestaties, wordt alom gezien, gewaardeerd en gerespecteerd door collega trainers-experts als autoriteit op zijn of haar vakgebied.

Voor de persoonlijke kwaliteitseisen is een integraal, voor alle expertgebieden geldend competentieprofiel opgesteld, onderdeel van het leiderschapsmodel dat voor alle betrokkenen bij topsport- en opleidingsprogramma’s richting geeft aan vereiste en gewenste ontwikkeling.