Olympische Spelen van Montréal 1976

Plaats: Montréal, Kingston (Canada)
Datum: 17 juli tot en met 1 augustus 1976
Officieel geopend door: Koningin Elizabeth II van Groot-Brittannië

Aantal deelnemers: 6073 (4813 mannen, 1260 vrouwen)
Deelnemende landen: 92
Beoefende sporten: 23
Sportonderdelen: 198

Nederlandse deelnemers: 108 (72 mannen, 37 vrouwen)
Nederlandse medailles: 5 (0 - 2 - 3)
Plaats in medailleklassement: 29
Chef de mission: Bram Leeuwenhoek
Nederlandse vlaggendrager opening: André Bolhuis (hockey)
Nederlandse vlaggendrager sluiting: Evert Kroon (waterpolo)

De Spelen van Montréal begonnen onder een ongelukkig gesternte. De bouw van de sportaccommodaties ging gepaard met stakingen, misrekeningen en schandalen. Het hoofdstadion werd zelfs onvoltooid opgeleverd. De tekorten waren enorm en de bevolking van de Canadese stad moest er nog vele jaren voor opdraaien.

Ook politiek zat het de 21ste Olympische Spelen niet mee. De Canadese regering ontzegde de ploeg van Taiwan de toegang tot de Spelen omdat Peking had gedreigd een graancontract met Canada te annuleren als Taiwan onder de naam 'Republiek China' zou mogen meedoen. Dat laatste had het IOC toegestaan. Peking (de Volksrepubliek China) zelf hield zich overigens al sinds 1948 buiten de olympische beweging.

De Afrikaanse landen eisten van het IOC uitsluiting van Nieuw-Zeeland, omdat het rugbyteam van dat land een toernee had gemaakt door Zuid-Afrika, het land van de apartheid. Maar het IOC kon daartoe niet overgaan, omdat rugby geen olympische sport was en het olympisch comité van Nieuw-Zeeland voor de toernee niet verantwoordelijk kon worden gehouden. Daarop besloten de Afrikaanse landen in Montréal hun biezen te pakken.

Er was nog een verschijnsel dat de aandacht trok en wel de zware bewaking van het Olympisch dorp. Vier jaar na de Palestijnse inval in München was Montréal genoodzaakt het olympische toernooiveld om te toveren in een vesting, waar de uniformen van 16.000 agenten en 15.000 soldaten, helikopters en wapentuig het overheersende beeld vormden. Monique Berlioux, de Franse directeur van het IOC, klaagde dat de Spelen van Montréal geen ziel hadden.

Het Oostblok heerst
De Oostduitse dames beheersten het zwemmen (11 van de 13 titels), de atletiek (10 van de 14 titels) en het roeien (vier van de zes titels), maar naar wij inmiddels weten was grootscheeps dopinggebruik niet vreemd aan de opmerkelijke successen. In dat licht bezien heeft de bronzen medaille die Enith Brigitha achter twee Oost-Duitsen veroverde op de 100 m vrije slag een gouden randje. Brigitha won ook nog brons op de 200 m vrije slag.

De nog maar 14-jarige, maar uiterst koelbloedige Roemeense Nadia Comaneci overtroefde alle Russische sterren in het turntoernooi. Zeven keer kreeg zij het maximum-cijfer tien. Op de vraag na afloop wat haar liefste wens was, zei ze: 'Ik zou nu wel graag naar huis willen'.

Bij het atletiek herhaalde Lasse Viren het kunststuk van vier jaar geleden: winst op de 5 en 10 km. De Cubaan Juantoreno won "voor Fidel Castro" de 400 en 800 m.

Geknoeid
De succesvolste sportman van deze Spelen was de Russische turner Nikolai Andrianov die op zeven medailles beslag legde, waarvan vier gouden.


Heel wat minder fraai was wat zijn landgenoot Boris Onisjenko uithaalde bij de moderne vijfkamp (paardrijden, zwemmen, schermen, schieten, veldloop). Op het onderdeel schermen worden de treffers elektronisch geregistreerd. Onisjenko had met zijn wapen dusdanig geknoeid dat hij een treffer kon laten aantekenen zonder zijn tegenstander daadwerkelijk te raken. De Britten hadden het eerst in de gaten dat er iets niet in orde was. Parker wist zeker niet getoucheerd te zijn en toch kreeg hij een treffer tegen. Hij waarschuwde zijn landgenoot Fox om op zijn hoede te zijn. Die overkwam hetzelfde als Parker, waarna de Britten eisten dat het wapen van de Rus zou worden onderzocht. Toen kwam het bedrog aan het licht. De Russische leiding voerde Onisjenko vliegensvlug af.

Nederland verwierf maar vijf medailles, waaronder geen enkele gouden. Zilver was er voor de kleiduivenschutter Eric Swinkels en wielrenner Herman Ponsteen op de achtervolging, twee keer brons voor zwemster Enith Brigitha en één keer voor de waterpoloploeg.

Medailleoverzicht

Goud Zilver Brons
1. Sovjet-Unie 49 41 35
2. Verenigde Staten 34 35 25
3. Duitsland (Oost-) 40 25 25
4. Duitsland (West-) 10 12 17
5. Roemenië 4 9 14

21. Nederland 0 2 3

Nederlandse erelijst

Goud (0)

Zilver (2)
Schieten: Eric Swinkels (kleiduivenschieten)
Wielrennen: Herman Ponsteen (achtervolging)

Brons (3)
Waterpolo: mannenteam
Zwemmen: Enith Brigitha (100m vrije slag)
Zwemmen: Enith Brigitha (200m vrije slag)

Gerelateerde verhalen:
Paardensport: Anton Ebben