Over het koesteren van memorabele momenten
Marc van den Tweel 5 november 2024Sport beoefenen is niet alleen plezierig. Het is ook goed voor je, voor je fysieke, mentale en sociale welbevinden. Maar ook passief kun je van sport genieten – en daar is natuurlijk niks mis mee. Fans, toeschouwers en tv-kijkers horen bij de sport. De ‘interactie’ tussen sporters, sportmomenten en toeschouwers zorgt er ook voor dat sommige sportmomenten in het geheugen gegrift staan van generaties.
Zo is het nu vijftig jaar geleden dat het historische titelgevecht zwaargewicht boksen tussen George Foreman en Muhammad Ali (‘Rumble in the Jungle’) plaatsvond. Ik kan me de nachtelijke uitzending van AVRO’s Sportpanorama nog goed voor de geest halen, met kleine oogjes als tienjarige in pyjama met mijn vader naast me op de bank. Om nooit te vergeten! En natuurlijk: de TT-overwinning van Wil Hartog in Assen in 1977. De EK-voetbalfinale van 1988. Of wat te denken van de spectaculaire overwinning van Mathieu van der Poel in de Amstel Gold Race van 2019, na een miraculeuze comeback in de slotkilometers.
Dit soort momenten zorgen voor weergaloos sportplezier en een gevoel van verbinding in de samenleving, tussen mensen. En vaak zorgen ze ook voor inspiratie. Inspiratie om zelf een sport te gaan beoefenen. Voor mij gold in ieder geval nadrukkelijk dat de prestaties van de Raleigh/Peter Post-ploeg – met als hoogtepunt de Tour de France-overwinning van Joop Zoetemelk in 1980 – maakten dat ik écht mijn eerste racefiets moest gaan kopen.
Die iconische Raleigh-ploeg die Nederland trots maakte als een soort TeamNL avant la lettre spreekt nog steeds tot de verbeelding van een hele generatie. Mooi dan ook dat schrijvers Joop Holthausen en Jacob Bergsma deze maand hun magnum opus uitbrachten over de zwart-geel-rode ploeg. Een boek dat ik van harte aanbeveel!
Nostalgie. Romantiek. Inspirerende en spannende verhalen. Jeugdsentiment. Memorabele momenten. Ze horen bij sport en verdienen het om vaker vastgelegd te worden. Misschien niet eens zo zeer voor het nageslacht, maar vooral voor onszelf om die bijzondere sportmomenten weer te herbeleven!
Marc van den Tweel,
Algemeen directeur NOC*NSF