Paul van Dorst: “In een stadion ben je als LHBTIQ+-persoon welkom zolang je dat stilhoudt”
Roy van Noordenburg 20 juli 2023Vanaf zijn dertiende kwam Paul wekelijks in de Kuip. Sinds twee jaar komt hij slechts sporadisch in het stadion van Feyenoord. Hij richtte Feyenoords LHBTIQ+-supportersvereniging de Roze Kameraden op om de acceptatie van LHBTIQ+-personen te verbeteren onder voetbalfans. Dat die acceptatie er nog lang niet is, bleek snel.
Leden van harde kern stichtten brand bij zijn sportschool, hij kreeg meerdere doodswensen en er zijn anti-LHBTIQ+-spreekkoren en -stickers in het stadion. Om die reden kan Paul niet meer doen wat hij het liefste doet: Feyenoord tweewekelijks aanmoedigen in het stadion. “Er zijn signalen dat leden van de harde kern actief naar ons bestuur en andere LHBTIQ+-supporters zoeken. Het is simpelweg onveilig om een wedstrijd in het stadion te bekijken.”
Samenhorigheid en kameraadschap
“Ik heb sinds jongs af aan gevoetbald en als klein jongetje zat ik al in de Kuip. Ook heb ik sinds 2020 mijn eigen CrossFit-gym. Sport is voor mij onmisbaar. Niet alleen voor mijn lichamelijke en mentale gezondheid, maar óók voor sociale binding. Dat ervaarde ik ook altijd als supporter van Feyenoord. Supporter zijn is voor mij ontspannen en samenkomen. Eén zijn met de rest. Samenhorigheid en kameraadschap."
"Deze gevoelens ervaar ik sinds de oprichting van de Roze Kameraden veel minder. Feyenoord werd dit seizoen kampioen, maar ik kon bij veel wedstrijden niet aanwezig zijn. Dat doet pijn en zorgt ervoor dat mijn clubliefde wordt aangetast. Er zijn zeker momenten dat ik me afvraag: was de oprichting van de Roze Kameraden het me allemaal waard? Maar mijn liefde voor de club zit diep én we hebben een flinke achterban die we vertegenwoordigen. Daarom blijf ik me op deze manier voor LHBTIQ+-acceptatie inzetten.”
Opkomen voor de jonge LHBTIQ+ supporters
“Ik zat vanaf jonge leeftijd op voetbal en in het stadion. Schelden met homo en de spreekkoren waren ‘normaal’ en daar raakte ik al snel aan gewend. Iets oprichten zoals de Roze Kameraden was dan ook niet iets waar ik al lang mee bezig was. Ik reageerde op een oproep in het clubblad van de supportersvereniging van Feyenoord voor een artikel met LHBTIQ+-supporters. Daarop ontvingen enkele van ons een bericht van de Roze Règâhs, de LHBTIQ+-supportersvereniging van ADO Den Haag. Ze stelden ons voor een soortgelijke vereniging voor Feyenoord op te richten, maar waarschuwden al wel voor weerstand van andere supporters."
"Omdat we die weerstand nog niet goed konden overzien, zijn we het avontuur aangegaan en hebben we dat geaccepteerd. Niet per se voor onszelf, maar vooral voor de (jonge) LHBTIQ+-supporters die zich niet durven uit te spreken: als je spreekkoren en gescheld met homo in het stadion hoort is dat heel vervelend. Dan ga je twijfelen of je er wel mag zijn.”
“Nu, twee jaar na de oprichting, telt de Roze Kameraden ongeveer 325 leden. Zonder enige promotie. Maar hoe groot de LHBTIQ+-supportersgroep precies is, durf ik niet te zeggen. Statistisch gezien verwacht ik dat er veel meer LHBTIQ+-Feyenoordsupporters zijn, maar in en rondom voetbalstadions zie ik daar nog niks van.”
Welkom zolang je stil bent
“Met de Roze Kameraden willen we bewustwording creëren voor problemen waar LHBTIQ+-supporters tegenaan lopen en wat discriminerende spreekkoren met je kunnen doen – zeker als je ze elke week moet aanhoren. Maar ook wat het met je doet als je jezelf niet kunt zijn bij een bezoek aan je favoriete club. We willen de helpende hand bieden voor LHBTIQ+-personen, maar snappen ook dat het voor sommige mensen onbekend terrein is. Ik hoor bijvoorbeeld vaak van clubs dat zij geen problemen rond LHBTIQ+-personen hebben. Ik denk dat je dan wegkijkt en júist een probleem hebt. Zolang clubs het niet erkennen, gaat er ook niets veranderen. Iedereen moet zich bewust zijn van diens rol.”
Harde supporterswereld
“Datzelfde geldt ook voor supporters van een club. De supporterswereld is hard en agressief. Vooral de stem van de harde kern is luid. Voor mij betekent fanatisme je team zo goed mogelijk aanmoedigen. Nu lijkt het bijna te gaan om zo hard mogelijk te zijn. Van vuurwerk gooien tot spreekkoren. Er lijkt een soort wetteloosheid te gelden in stadions.”
Ik hoor bijvoorbeeld vaak van clubs dat zij geen problemen rond LHBTIQ+-personen hebben. Ik denk dat je dan wegkijkt en júist een probleem hebt
Paul van Dorst
“Wij krijgen van onze leden ook vaak te horen dat zij zich onveilig voelen in het stadion. In een stadion ben je als LHBTIQ+-persoon welkom zolang je dat stilhoudt. Geen denken aan dat je hand in hand met je partner het stadion in loopt. Zelfs kleine dingen zoals het meenemen van een regenboogvlag zijn onmogelijk. Onze leden vragen me wel eens of dat kan, maar voor hun veiligheid vertel ik hen dan dat ze de vlag thuis moeten laten.”
Maatschappelijke impact
“Sportclubs en bonden kunnen een enorme impact op de maatschappij hebben. Het gedrag dat zich afspeelt in het stadion, heeft invloed op het gedrag daarbuiten. Ik denk dat we duidelijk moeten zijn over welk gedrag acceptabel is en welk gedrag niet. Maar ook dat we ons misschien beter kunnen richten op de zwijgende meerderheid. Als zij opstaan en zich uitspreken over acceptabel gedrag, kan je ook de rest bereiken. Alles valt of staat met hoe veilig je je voelt om dat te doen. Dit zie je nu al langzaam gebeuren. Bijvoorbeeld bij het gooien van voorwerpen op het veld. De menigte begint zich tegen de mensen te keren die op deze manier hun eigen club benadelen. Het publiek wordt hier nu op aangesproken. Dat wil je ook als iemand homo roept.”
Steun
“Ondanks alle ellende voelen we ons ook gesteund door verschillende partijen. Zo ontving ik onlangs vanuit het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap de Jos Brink Award, omdat de Roze Kameraden een fundamentele bijdrage leveren aan de verbetering van de positie van LHBTIQ+-personen in de maatschappij. Daarnaast hebben we enorm veel steun aan de gemeente Rotterdam en is de verstandhouding met de KNVB en Feyenoord positief. We hebben de bond, clubs, maar ook zeker de supporters nodig. Er was best een groep die het niet nodig vond om een LHBTIQ+-supportersvereniging op te richten. Iedereen is toch welkom? Maar ook zij beseffen nu dat deze strijd nodig is.”