NOC*NSF Duurzaamheid Partners

De energietransitie vraagt om een olympische prestatie

29 juli 2024
De energietransitie vraagt om een olympische prestatie

Missie H2 is partner van sportkoepel NOC*NSF. De samenwerking begon in 2019 met het informeren van het brede publiek over de rol van groene waterstof in de energietransitie. Inmiddels helpt de sportsector om de energietransitie te versnellen. Andersom helpt Missie H2 de sportwereld te verduurzamen. Die kruisbestuiving is hard nodig, want het overwinnen van tegenslagen vraagt om volharding en olympische inzet.

Nederland opnieuw bij de beste 10 landen van de wereld; dat is het doel op de Olympische Spelen in Parijs. Tenminste, als je het aan algemeen directeur Marc van den Tweel van NOC*NSF vraagt. Maar er staat meer op het spel dan sportieve prestaties. Want in het TeamNL Huis in Parijs komen niet alleen sportfans samen om atleten toe te juichen en medailles te vieren. In een apart gedeelte - de Olympic Club - komen mensen samen om duurzaam te dineren, waarbij ze tevens een indruk krijgen op de manier waarop groene waterstof onderdeel kan worden van het energiesysteem van de toekomst. Parijs is de stad van het Klimaatakkoord van 2015 en daarom een goede locatie om de realisatie van klimaatbeleid een nieuwe impuls te geven.

“De Olympische Spelen bieden een fantastische mogelijkheid om bewindspersonen, investeerders en mensen uit het bedrijfsleven bij elkaar te krijgen”, zegt Van den Tweel. “Onze kernwaarden in de sport draaien om innoveren en excelleren. Dat past precies bij wat Missie H2 wil bereiken: het van de grond krijgen van een waterstofeconomie.”

De Olympische Spelen bieden een fantastische mogelijkheid om bewindspersonen, investeerders en mensen uit het bedrijfsleven bij elkaar te krijgen.
Marc van den Tweel

Maatschappelijk rendement door samenwerking Missie H2 en NOC*NSF, hoe werkt dat?

Als Gasunie in 2019 serieus aan de slag gaat met waterstof als duurzame energiedrager, is het grote publiek nog grotendeels onwetend. “Het stond nog heel ver van de samenleving af”, blikt Ulco Vermeulen van Gasunie terug. “Mensen herinneren zich vaak hooguit de proefjes op school met waterstof, wat knalgas werd genoemd.” Het kennisniveau van het publiek moest omhoog, vond Vermeulen, die aan de wieg stond van Missie H2. “Anders ontstaat er een enorme discrepantie met de samenleving op het moment dat de industrie groene waterstof grootschalig oppakt als middel om te verduurzamen.”

Zo ontstond Missie H2, waarin naast Gasunie ook Shell, Eneco, Vopak, Remeha, Toyota, Port of Amsterdam en Groningen Seaports meedoen. En vanuit diezelfde gedachte van publieksvoorlichting ontstond ook de samenwerking met NOC*NSF. “Via de sport kun je maatschappelijke thema’s agenderen”, zegt Van den Tweel van de sportkoepel.

Topsporters als Kiran Badloe en Marit Bouwmeester werden waterstof ambassadeur. Sinds 2023 zet ook topzwemster Ranomi Kromowidjojo zich in voor Missie H2. Van den Tweel: “Dat de Spelen in Parijs zijn is een mooie knipoog naar het klimaatakkoord. Dat biedt een haakje om daar het verhaal over waterstof te vertellen.”
Voor het publiek is er de ‘Inspirience’: een mini-bioscoop met een korte film over waterstof en een interactieve Expo met educatieve games en sportieve uitdagingen. Er komen volgens Van den Tweel 6.500 bezoekers per dag naar het TeamNL Huis. Velen van hen pikken via de Inspirience meteen kennis mee over de rol van waterstof in de energietransitie.

Waterstofeconomie 

Naast publieksvoorlichting is de zakelijke kant steeds belangrijker aan het worden. De hele keten van de waterstofeconomie moet in één keer geregeld worden. Want niemand gaat groene waterstof produceren als er geen afnemers zijn, en andersom gaat geen fabriek zijn processen naar waterstof aanpassen als er geen aanbod is. “Het creëren van een waterstofeconomie is een project van de lange adem”, concludeert Vermeulen. Het zit vol ‘hobbels en bochten’. “De energietransitie lijkt op wat sporters doen”, zegt hij. “Knetterhard werken, pijn lijden, weerstanden overwinnen en successen vieren.”

Olympic Club 760 X 456

Die weerstanden zijn er, mede doordat er de afgelopen jaren te hoge verwachtingen zijn ontstaan. Vermeulen: “Op een gegeven moment leek waterstof de heilige graal voor alle duurzaamheidsvraagstukken te zijn. Dat is niet realistisch. Nu er vertragingen in de investeringen ontstaan, zegt iedereen dat groene waterstof veel te duur is. Dat zijn precies het soort tegenslagen waar topsporters ook mee te maken hebben. In die situaties moet je op je tanden bijten en dóór.”

Vermeulen ziet de sport vooral als een inspiratiebron. De sportsector kan de hobbels en bochten voor de waterstofeconomie niet echt oplossen. “Sporters gaan geen aansluiting op het stroomnet voor een waterstoffabriek regelen”, lacht hij. Maar behalve inspiratie bieden sportevenementen ook een gelegenheid om mensen bij elkaar te krijgen. Zo komen meer dan honderd energierelaties tijdens de Spelen op uitnodiging van Missie H2 naar de Olympic Club in het TeamNL huis, waar bestuurders en koplopers van bedrijven, overheden en kennisinstellingen deelnemen aan een Top-2-top Diner, Industrie Forum en een Koplopersevent. Vermeulen: “Dan bespreken we wat we tot nu toe hebben bereikt en wat er nodig is voor de volgende fase. Door nieuwe dwarsverbanden te laten ontstaan willen we obstakels overwinnen en de transitie versnellen.”

Hoe duurzaam is de sportwereld zelf?

Sporten is gezond en het brengt mensen bij elkaar. Zeker bij grote successen ontstaat er een nationaal gevoel van verbinding. De ambities zijn groot, zowel voor de topsport als voor de breedtesport. “We willen het sportiefste land ter wereld worden”, zegt Niels Dokkuma, duurzaamheidsmanager van NOC*NSF. “Maar wel op een verantwoorde en duurzame manier.”

Verantwoord en duurzaam, dat is makkelijker gezegd dan gedaan, want er zit ook een keerzijde aan de zegeningen van sport. Ga maar na. Het amateurvoetbalelftal neemt de auto voor uitwedstrijden en topsporters vliegen de wereld over voor trainingen en wedstrijden. Dat wringt, want al dat vervoer veroorzaakt een forse CO2-uitstoot en draagt bij aan de opwarming van de aarde. “Vooral de nieuwe generatie atleten beseft dat we aan de bak moeten om onze footprint te verlagen”, zegt algemeen directeur Van den Tweel van NOC*NSF.

Sportverenigingen als showcase 

Volgens duurzaamheidsmanager Dokkuma kunnen sportbonden en clubs met klimaatbeleid het goede voorbeeld geven. NOC*NSF maakt van dat beleid meteen een competitie door een wedstrijd te organiseren: de duurzaamste sportclub van Nederland. “Sporters willen winnen. Dat kan inspirerend werken. Sportverenigingen kunnen lokaal als showcase dienen”, verwacht Dokkuma.

Met de hoge en sterk fluctuerende energieprijzen van de afgelopen jaren is er ook een pragmatisch argument om te verduurzamen. Want wie wil zijn energierekening niet onder controle houden? Van den Tweel: “De hoge energiekosten maken het nodig en wenselijk om te verduurzamen.”

Om de milieu- en klimaatimpact van de Nederlandse deelname aan de Olympische Spelen van Parijs in kaart te brengen, gaat Dokkuma een ‘impactstudie’ uitvoeren. Ook worden er maatregelen genomen om die impact zo beperkt mogelijk te houden. De equipe gaat met de trein naar Parijs. De auto is een alternatief, maar alleen als er gecarpoold wordt. En in het olympisch dorp rijden de atleten van TeamNL op oranje elektrische Gazelle-fietsen.

Sportkleding onder de loep

Ook de sportkleding wordt onder de loep genomen. Niet ieder kledingstuk hoeft in plastic verpakt te worden, vindt Dokkuma. En voor iedere training of wedstrijd een nieuw shirt? Onnodig, aldus de duurzaamheidsmanager. “Dat is nergens voor nodig. De hoeveelheid gebruikte kleding kan echt een stuk minder.” In Nederland probeert NOC*NSF sportbonden zover te krijgen speelschema’s aan te passen dat er minder vervoer nodig is. Als clubs vaker dichter bij huis spelen, hoeven ze minder kilometers te maken.

De sportkoepel gaat ‘goede voornemens’ vertalen in KPI’s (key performance indicators). Dokkuma: “Die mentaliteit is in de sportwereld heel helder: goede voornemens zijn leuk, maar het gaat om de prestaties.” Er zijn verschillende actielijnen gedefinieerd op het gebied van ESG (environment, social, governance). De S en G gaan over zaken als diversiteit, inclusie en een veilige sportomgeving. De E gaat over energie, mobiliteit, natuur, milieu, materialen en voeding. Bij elkaar opgeteld levert dat ambitieuze doelstellingen op, van olympisch niveau. In 2032 wil de Nederlandse sportsector zijn CO2-uitstoot hebben gehalveerd en in 2040 wil het ‘net zero’ zijn.

Die ambitie en daadkracht vanuit de sport is een grote inspiratie voor de energiesector, vertelt Michiel Bal, corporate woordvoerder bij Gasunie. Hij nodigt vaak topsporters uit voor een lunchlezing bij het bedrijf. “Gasunie verandert van een gastransportbedrijf naar een veel breder infrastructuurbedrijf voor duurzame energie, zoals waterstof, groen gas, warmte en CO2. Dat vraagt veel van medewerkers”, legt Bal uit. “Als sporters vertellen hoe ze omgaan met tegenslagen bij het leveren van topprestaties, dan komt dat binnen, zowel bij bestuurders als bij medewerkers.”

Deel dit artikel op social media: