Hoe kunnen we vanuit NOC*NSF de sport op structurele wijze ondersteunen bij hun ontwikkelingen op het gebied van data, analyse en datamanagement? Met die vraag als uitgangspunt zijn we in gesprek gegaan met inmiddels 30 bonden. In dit artikel zijn de belangrijkste uitkomsten op een rij gezet. Hulp is in ieder geval gewenst, die uitkomst is glashelder. Elke bond, ongeacht grootte of het niveau waarop ze nu al impact halen uit data, heeft concrete hulpvragen.
Het team dat al enkele jaren werkt aan het dataproject – gestart vanuit NLsport en nu in opdracht van NOC*NSF - sprak in 35 interviews met 65 vertegenwoordigers van 30 bonden. De interviews waren gestructureerd rondom de thema’s impact uit data, datamanagement en datastrategie. De resultaten geven een duidelijk beeld van de meest noodzakelijke en meest kansrijke vormen van ondersteuning. Naast dat we geleerd hebben op welke manieren de bonden ondersteund kunnen worden, hebben we ook duidelijke voorbeelden gezien van stappen waar elke organisatie, die beter wil worden in werken met data, alvast mee kan starten.
Een organisatorisch vraagstuk
De organisatie verder ontwikkelen op het gebied van data vraagt meer dan alleen ondersteuning. Het is ten eerste een organisatorisch vraagstuk. Het onderzoek laat een duidelijk verband zien tussen het niveau waarop een bond met data werkt en de mate waarin de organisatie een helder en expliciet uitgewerkte visie op de rol van data heeft. Wordt deze visie bovendien gedeeld door het bestuur, de directie en medewerkers met datatalent, dan kan de ontwikkeling heel snel gaan.
Vraag je je af wat je nu al kunt doen? Onderzoek dan of de rol van data in jullie strategie, processen en dienstverlening al voldoende expliciet is. Organisaties met een duidelijke visie op het gebied van data, halen hier vaker meer impact uit. Ze zijn bovendien succesvoller in het aantrekken, behouden en ontwikkelen van talent met data skills.
Hoe beter het proces, hoe groter de impact
Vrijwel alle geïnterviewden gaven aan dat het hun belangrijkste prioriteit is om vooral meer impact uit data te halen. Hiervoor heb je natuurlijk een visie op data nodig. Maar de echte impact wordt pas behaald als de visie goed is geïmplementeerd. Impact uit data is nu nog vaak beperkt en vooral niet structureel. Regelmatig bespraken we dat er wel enkelvoudige onderzoeken worden uitgevoerd waarvan de resultaten worden gebruikt voor specifieke beleidsvraagstukken. Dat wordt op dat moment als behulpzaam ervaren, maar het betekent ook dat de data niet opnieuw te gebruiken is voor hetzelfde vraagstuk een maand later of bij een net iets andere verdiepende vraag.
Het antwoord is inzicht in een goedlopend productieproces. Enkele bonden zijn in staat om voor specifieke onderwerpen een proces op te zetten van strategie naar vraag, vraag naar data, data naar inzicht en inzicht naar impact. Dat levert voor specifieke vragen continu beschikbare inzichten op die helpen om passend beleid te bepalen, beslissingen te nemen en de uitvoering bij te sturen.
Een opvallend resultaat uit het onderzoek is dat een data gedreven mindset van de directie en het bestuur met name hierin een belangrijke rol speelt. Zij moeten helpen data gedreven werken tot de norm te maken: zij moeten dit van de organisatie verlangen. Ook hier geldt dat de ontwikkeling een stuk sneller gaat in organisaties waar het bestuur en de directie die rol pakken.
Begin klein
Ga je starten met het opzetten van een eerste productieproces inzicht om meer impact uit data te halen, begin dan klein. Kies één vraag en organiseer het productieproces dat je voor het antwoord nodig hebt vervolgens zo goed mogelijk. Leer van het proces, zodat je in het vervolg effectiever kunt opschalen naar andere vragen en nieuwe inzichten.
Neem beperkingen weg en trek talent aan
Waarschijnlijk niet verrassend: de meeste bonden geven aan dat een gebrek aan kennis en vaardigheden op het gebied van data de grootste belemmering vormt. Veel bonden zien zelf maar beperkt de ruimte om dit probleem op te lossen. Datatalent heeft op dit moment veel te kiezen. We hoorden in de interviews vooral twijfels over de financiële beloning die we als sport te bieden hebben, over het gebrek aan fulltime werk, ontwikkelingsmogelijkheden of onvoldoende collega's met datatalent om een aantrekkelijke werkomgeving te bieden.
Het zijn begrijpelijke twijfels, en toch moeten we een oplossing vinden. Tijdens de interviews kwamen er gelukkig ook oplossingen en positieve ervaringen ter sprake. Op basis van enkele van deze ervaringen verkennen we bijvoorbeeld al mogelijkheden om talent vanuit voor de sport nieuwe studierichtingen te laten instromen. Dit zou betekenen dat we bonden kunnen helpen om stagiairs en werkstudenten met data skills te vinden. Een andere opties is het vormgeven van traineeships met een aantal samenwerkende bonden. De intentie is om talentvolle mensen in een zo vroeg mogelijk stadium aan de sport te verbinden.
Een andere vorm van ondersteuning is het blijven aanbieden van opleidingen waarmee medewerkers zich op het gebied van data kunnen ontwikkelen. Hierdoor kunnen meer medewerkers meer uit data halen. Een bijkomend voordeel: wanneer datatalent werkt met collega’s die data gedreven werken begrijpen, dan is dit een belangrijke reden voor ze om te blijven. Uit de interviews blijkt dat datatalent zich nu nog regelmatig beperkt voelt door een gebrek aan visie en een tekort aan collega's om mee samen te werken. Ze hebben een organisatie en een team nodig waarin ze zich thuis kunnen voelen.
Wil je succesvoller worden in het aantrekken en behouden van talent, zorg er dan voor dat je weet wat je als organisatie wilt bereiken, en geef duidelijk aan wat talent en organisatie van elkaar mogen verwachten.
Investeren in ontwikkeling
Ten slotte vroegen we in de interviews hoe bonden zelf dachten over manieren om ondersteuning te organiseren en te financieren. De conclusies waren helder: de meeste bonden vinden het reëel om zelf tijd en geld in dit onderwerp te investeren. Dit geldt zeker wanneer de organisatie er zelf direct voordeel van heeft. Die ondersteuning hoeft niet altijd direct geleverd te kunnen worden vanuit de sport. Het beperken van zoek- en faalkosten voor geschikte ondersteuning is ook goede ondersteuning. Denk bijvoorbeeld aan lijst met vooraf geselecteerde leveranciers met capaciteit en specifieke expertise.
Krijgt de ondersteuning een meer collectief karakter, dan wordt het ook logischer om hier ook collectieve middelen voor in te zetten. Denk bijvoorbeeld aan de vraag hoe je de arbeidsmarktpositie van jouw sector versterkt. Veel bonden geven ten slotte aan dat er een extra financiële impuls nodig zal zijn om de achterstand op het gebied van data in te lopen.
Data gedreven aanpak - essentieel om ambities te realiseren
We kunnen uit de interviews gerust concluderen dat we binnen de georganiseerde sport toe moeten naar een meer data gedreven aanpak. Het is voor ons van essentieel belang dat we onze middelen met verstand inzetten. Dat vereist een visie op data en het aantrekken van datatalent. Maar ook een organisatie die zijn beleid minder baseert op alleen onderbuikgevoel, en meer op resultaten van concreet onderzoek.
Nu al data-gerelateerde vragen? Neem dan alvast vrijblijvend contact op via moniek.deleeuw@nocnsf.nl of reserveer tijd tijdens het dataspreekuur.
Bij het opzetten van de eerste vormen van ondersteuning werken we in pilots telkens samen met één of twee bonden. Meedoen aan een pilot? Informeer naar de mogelijkheden via moniek.deleeuw@nocnsf.nl