Leo Bosschart
Naam: Leo Bosschart
Geboren: 23 augustus 1888 te Kota Radja (Sumatra, Nederlands-Indië)
Overleden: 9 mei 1951 te Hoboken (Antwerpen, België)
Sport: voetbal
Olympische Spelen VII Antwerpen 1920
Onderdeel: mannentoernooi
Prestatie: brons
Leo Bosschart was aanvoerder van het Nederlands elftal op de Olympische Spelen van 1920. Het toernooi verliep dramatisch voor zijn elftal en betekende zelfs het einde van de interlandloopbaan van deze talentvolle voetballer.
Op de Olympische Spelen van 1908 en 1912 won Oranje brons en de hoop op vergelijkbaar resultaat in 1920 was groot. Het evenement werd dat jaar in Antwerpen gehouden, dat nog nasmeulde van de Eerste Wereldoorlog. De omstandigheden waren daarom erg slecht.
Akelig, somber krot
De voetballers werden gehuisvest op het schip de Hollandia, dat volgens Het Vaderland verschrikkelijk was: ‘Een akelig, somber krot, waarin men geen gevangene opbergt.’ De sportofficials hadden ondertussen wel goede logeerruimte voor zichzelf geregeld, zodat de stemming erg slecht was. Ondanks twee gewonnen wedstrijden tegen Luxemburg en Zweden kwamen de voetballers in opstand na een nederlaag tegen België. 'Er zijn helaas trieste dingen te melden', opende de Nieuwe Rotterdamsche Courant het bericht over deze muiterij.
In een nabijgelegen hotel probeerden sommige spelers hun ellende te vergeten aan de bar en op de dansvloer, 'champagne drinkend met ladies, wier deugdopvatting van bedenkelijke breedte is.' Een idee van een voetbalbestuurder om een bloemententoonstelling te bezoeken, werd dan weer afgeslagen. 'Sabotage van de meest onvervalschte soort, baldadige ontwrichting van een goed bedoelde organisatie.' Als straf werden vier spelers weggestuurd, zodat ze niet konden meedoen aan de wedstrijd om de derde plaats tegen Spanje. Hier greep Bosschart echter in en verklaarde namens de spelers, dat ze allemaal naar huis zouden gaan als deze straf werd gehandhaafd. Met andere woorden: de internationals dreigden met een staking!
Prutsboel
Om een afgang tegen Spanje tegen te voorkomen trok de voetbalbond daarop de straf in – trillend van woede. Waarna Oranje die wedstrijd ook nog eens verloor… De Telegraaf gaf daarop aan Leo Bosschart de schuld van alle ellende. In al deze commotie richtte alleen Het Vaderland zijn kritiek op de officials van de Nederlandse Voetbalbond: ‘Wat een ergerlijk gemis aan zorg, aan leiding, aan organisatie, wat een prutsboel, wat een geklungel, een schande voor het N. O. C., dat dit logies heeft ingericht en voor den N. V. B., die er in heeft berust. Vooral had alles van dag tot dag in de puntjes geregeld moeten zijn; dat is organisatie. En als men het zelf niet wil of kan regelen, moet een bekwaam organisator in den arm genomen worden.’
Deze krant was echter een schreeuwende in een woestijn, want Bosschart werd daarna nooit meer opgeroepen voor Oranje. De wraak van de officials was bitter. De ex-international behaalde daarna gelukkig veel succes als ingenieur. In 1938 werd hij directeur van de Antwerpse (!) scheepswerf Cockerill, dat onder zijn leiding een enorme ontwikkeling meemaakte.
In 1951 overleed Bosschart, waarna hij werd begraven in Hoboken, gemeente Antwerpen. Zijn laatste rustplaats ligt daarmee nog geen twee kilometer verwijderd van het Olympisch Stadion waar hij in 1920 het einde van zijn Oranje-loopbaan meemaakte…
Foto: Nederland-België op de Olympische Spelen van 1920.
Bron:
- www.sportgeschiedenis.nl