Ruim 80.000 sportende Nederlanders zijn gestopt met hun sport omdat het te duur wordt. Zo’n 310.000 sporters gaan minder vaak sporten in verband met de kosten. Nog eens 475.000 mensen overwegen het sporten te beëindigen als de kosten verder stijgen. Het gaat om zowel kinderen als volwassenen. Dat blijkt uit representatief onderzoek in opdracht van NOC*NSF over sportdeelname in de maand september. De sportdeelname is voor het derde jaar op rij lager dan in de jaren voor corona. Alleen bij jonge jeugd (van 5 tot 12 jaar) is een positieve trend te zien.
Van de sportende Nederlanders tussen de 5 en de 80 jaar geeft 19 procent aan (voor zichzelf of hun kind) dat hun sportaanbieder een prijsstijging heeft doorgevoerd vanwege de stijgende energiekosten. Het gaat in de meeste gevallen om een stijging van tussen de 5 en 10 procent.
Voor ruim 80.000 sporters was de prijsstijging, in combinatie met andere stijgende kosten, doorslaggevend: zij zijn helemaal gestopt met sporten. Nog eens 475.000 mensen die een sport beoefenen, geven aan dat ze zullen stoppen bij een verdere prijsstijging.
Het is extra pijnlijk om te zien dat mensen met een lager inkomen het eerst moeten besluiten om te stoppen
Marc van den Tweel
In het onderzoek, uitgevoerd door Kantar Public, wordt ook gevraagd naar het inkomen. Vanwege de kleinere aantallen respondenten bij het steeds verder doorvragen, is het moeilijk om een volledig representatief beeld te geven, maar het globale beeld is – niet onlogisch – dat vooral in de lagere inkomensgroepen mensen stoppen met sporten of overwegen te stoppen.
NOC*NSF dringt samen met de gehele sector al langer aan op een goede regeling voor sportaccommodaties, om de sterk stijgende energielasten te kunnen dragen. De recent ingestelde regeling voor het MKB voorziet daar nog onvoldoende in en wordt bovendien pas volgend jaar van kracht. Minister Helder van VWS zal nog voor het sportdebat op 28 november in de Tweede Kamer met een toelichting komen.
Daaruit moet blijken hoe zij sportaanbieders wil ondersteunen die ondanks de aangekondigde regelingen toch in de problemen komen door de gestegen energielasten. Wat NOC*NSF betreft ligt hier een belangrijke taak voor gemeenten. Die moeten dan wel door Den Haag in staat gesteld worden om sportaccommodaties open te houden.
Algemeen directeur Marc van den Tweel van NOC*NSF: "De druk op de sport als gevolg van de hoge energieprijzen wordt nu helaas zichtbaar. Het is heel belangrijk dat mensen kunnen blijven sporten. We staan al op achterstand door de coronajaren en we leven in tijden van grote druk – ook financieel – waarbij het behoud van fysieke en mentale gezondheid voor iedereen juist tegenwicht biedt. We zeggen niet voor niets: ‘Sport dóet iets met je!' Daar komt bij dat sport staat voor kansengelijkheid. Daarom is het extra pijnlijk om te zien dat mensen met een lager inkomen het eerst moeten besluiten om te stoppen."
Een meerderheid van de ondervraagde sporters geeft overigens aan dat hun sport nog niet duurder is geworden. Maar de stijgende lasten voor energie en als gevolg van inflatie hebben wel invloed op hun mogelijkheden om te sporten. Tien procent overweegt daarom nu al minder te gaan sporten.