Jan Wils
Jan Wils is de enige architect die een olympische medaille heeft gewonnen met een ontwerp dat voor diezelfde olympische spelen is gerealiseerd. Zijn ontwerp voor het Olympisch Stadion van 1928 in Amsterdam en de omliggende gebouwen werd bekroond met een gouden medaille in de architectuurprijsvraag van 1928.
Dankzij goede connecties met IOC-lid Pieter Scharroo was Wils in 1928 geselecteerd om het stadion te ontwerpen. Een van de opvallende kenmerken is de Marathontoren, een 40 meter hoge toren. Wils was van plan om tijdens de Olympische Spelen een vuur boven op deze toren te laten branden, een traditioneel Grieks symbool. De socialist Wils zou vuur hebben gebruikt om zijn toren tegenover kerktorens te plaatsen, aangezien Nederlandse christelijke politici grotendeels tegen het houden van de (heidense) Olympische Spelen in Nederland waren.
Wils bleef verbonden aan de Olympische Beweging, deed mee aan de olympische competities in 1932 en 1948, terwijl hij de inzendingen in 1936 beoordeelde.
Wils stond ook bekend om zijn (kortstondige) lidmaatschap van de beweging De Stijl. Deze Nederlandse kunstbeweging en tijdschrift bestond tussen 1917 en 1931. De belangrijkste leden waren Theo van Doesburg, Piet Mondriaan en Gerrit Schröder. Wils stapte na een dispuut uit De Stijl, maar behield sympathie tegenover de beweging.
Het Olympisch Stadion is nog steeds het bekendste gebouw van Wils. Het werd lange tijd gebruikt als thuisstadion voor verschillende Amsterdamse voetbalclubs, waaronder Ajax voor zijn Europese wedstrijden. Het stadion zou in de jaren negentig worden gesloopt, maar werd uiteindelijk tot monument verklaard en gerenoveerd. Andere opvallende ontwerpen van Wils zijn twee bedrijfsgebouwen voor Citroën (gebouwd naast het Olympisch Stadion) en de Stadsschouwburg in Amsterdam..
Foto: Jan Wils wordt gehuldigd voor het Stedelijk Museum in Amsterdam, juli 1928. Tweede van links Pieter Scharroo.