NOC*NSF lid Overlegorgaan Fysieke Leefomgeving: belangrijk bij discussie ruimte voor sport
7 oktober 2024Bij de bouw van nieuwe woonwijken of het aanpassen van bestaande wijken is het belangrijk om ruimte te maken voor sport en bewegen. Dit is goed voor de fysieke en mentale gezondheid van bewoners. Toch gebeurt dit niet automatisch bij het maken van de plannen. Als lid van het Overlegorgaan Fysieke Leefomgeving (OFL) kan NOC*NSF meepraten over de inrichting van de leefomgeving.
In het OFL overleggen de rijksoverheid, maatschappelijke organisaties en bedrijven met elkaar en werken samen aan de fysieke leefomgeving. Marc van den Tweel, algemeen directeur NOC*NSF: “De toetreding van NOC*NSF, als koepel van 79 sportbonden, past binnen de strategie van de vereniging om zich breder te positioneren en ook en vooral breder de stem van de sportwereld te laten horen.” NOC*NSF werd dit voorjaar door de minister van Infrastructuur en Waterstaat benoemd tot lid van het Overlegorgaan Fysieke Leefomgeving.
Verbreding naar dagelijkse omgeving
Voorheen maakten vooral organisaties die bezig waren met verkeer en ruimtelijke ordening deel uit van het OFL. Marc van den Tweel: “De benoeming van onder andere NOC*NSF weerspiegelt de ontwikkeling van dit belangrijke overleg. Dat is in de loop van de jaren namelijk verbreed van eerst verkeer en waterstaat, naar infrastructuur en milieu en uiteindelijk fysieke leefomgeving. Dat is dus de omgeving waar we wonen, werken, reizen, sporten en recreëren.”
‘Meepraten vóór beleid vast staat’
“Onze benoeming biedt de kans om mee te praten over rijksbeleid voor de fysieke leefomgeving, op een moment dat het er echt toe doet: vóórdat het beleid wordt vastgesteld. Sportbeleid an-sich is natuurlijk heel belangrijk, maar de winst én het verlies voor sport zit hem steeds vaker in andere beleidsterreinen. Denk aan inbreiding van woningbouw in steden; blijft er wel ruimte over voor sportverenigingen? Of aan het buitengebied dat steeds meer op slot dreigt te gaan. Het is dus van belang dat wij als sport ook meepraten over hoe Nederland er in de toekomst uit moet gaan zien. Dat is het belang van alle Nederlanders.”